Met welke bandendruk rijd jij? Hoeveel lucht moet ik in mijn mtb banden doen? Vragen die ik regelmatig zie passeren. Echter is er op die vragen geen eenduidig antwoord aangezien er verschillende factoren zijn een invloed hebben op de juiste mtb bandenspanning. Om die reden is mijn bandenspanning niet per sé de bandenspanning waarmee jij het bos in moet duiken.
In dit artikel gaan we dieper in op alle factoren waarmee je rekening moet houden om de bandenspanning van je mtb banden te bepalen. Op basis van die factoren kan je een basis bandendruk bepalen die je daarna zelf verder kan finetunen…
Eénmaal je de sweet spot (voor jezelf) gevonden hebt zal er een hele nieuwe wereld voor je open gaan, want met de juiste bandendruk zal mountainbiken alleen maar leuker én makkelijker worden!
De juiste mtb bandenspanning bepalen
Onderstaand vind je een overzicht van de belangrijkste factoren die meespelen in het bepalen van de juiste mtb bandenspanning. Zo zal je meteen merken dat de bandenspanning niet alleen van je eigen gewicht en rijstijl afhankelijk is maar dat ook je gehele mtb set-up hierin een belangrijke rol speelt.
- Ondergrond en type terrein
- Weersomstandigheden
- Totaal gewicht van de mountainbiker & mountainbike
- Breedte van de band
- Velgbreedte en -type
- Tubeless of niet?
- Constructie van de band
- Rijstijl en eigen voorkeur
Ondergrond en type terrein
Het spreekt voor zich dat de ondergrond waarop je gaat fietsen een belangrijke rol speelt in de bandenspanning. Fiets je, om welke reden dan ook, vooral op de weg/asfalt met je mtb dan wil je met hardere banden op pad voor zo weinig mogelijk rolweerstand.
In het bos en op onverhard terrein is het toch even wat anders. Plattere banden zorgen voor meer grip, controle en comfort. Rijd je op paden en trails met veel obstakels zoals wortels en stenen dan wil je uiteraard zoveel mogelijk grip, controle en ook wat extra comfort. Een lagere mtb bandenspanning is dan zeker en vast een goed idee.
Door met een lagere bandenspanning te rijden kan de band beter en rond de obstakels vervormen waardoor je meer grip en controle zal ervaren. Ga je met hard opgepompte banden over zulke obstakels dan zal dit een heel pak minder aangenaam aanvoelen en gepaard gaan met veel minder grip en dito controle, om van het comfort nog maar te zwijgen.
Ga je met harde banden over obstakels dan zal je helemaal door elkaar geschud worden. Je zou het kunnen vergelijken met wielrenners die met hun hard opgepompte banden (en zonder vering) over kasseien dokkeren, wat ook niet het meest aangename fietsgevoel geeft.
Weersomstandigheden
Naast het type terrein speelt de staat van de ondergrond ook een rol in het bepalen van de juiste mtb bandenspanning. Bij nat en modderig weer is het slim om met een lagere bandenspanning te fietsen zodat je meer grip hebt en je banden minder snel zullen wegglijden.
Zijn de trails droog dan kan je de bandenspanning wat hoger laten om de rolweerstand wat te verminderen, minder “zwaar” te fietsen en dus sneller over de trails te scheuren.
Totaal gewicht van de mountainbiker & mountainbike
Je eigen gewicht heeft ook een invloed op de mtb bandenspanning. Dit is wederom één van de parameters die ervoor zorgt dat bandenspanning op de mountainbike voor iedereen anders is. Ben je wat zwaarder dan zal er ook wat meer lucht in de banden moeten. Zo voorkom je in elk geval dat de band teveel zal indrukken en je mogelijk de velg.
Net zoals bij het bepalen van de sag van je voorvork en demper is het verstandig om ook rekening te houden met het totale gewicht van de uitrusting die je meeneemt op de mountainbike. Denk hierbij niet alleen aan je mtb rugzak en de nodige tools, maar ook je mtb kleding en schoenen. Afhankelijk van hoe zwaar je geladen bent kan dit toch snel een paar kilo schelen.
Ook het gewicht van je mountainbike kan een factor zijn voor het bepalen van de bandenspanning. Naast je eigen gewicht wordt het gewicht van het frame en de onderdelen immers ook gedragen door de banden, gezien deze het contactpunt met de ondergrond zijn. Heb je een zware mountainbike of een e-mtb dan is iets meer druk in de banden aangewezen.
Wieldiameter
De meeste hedendaagse mountainbikes zijn uitgerust met een setje 29″ wielen. Bij een kleinere framemaat wordt er, bij verschillende merken, nog wel eens voor 27,5″ wielen gekozen.
26″ wielen zie je in het crosscountry wereldje niet meer. Deze kunnen nog wel voorkomen in de downhill discipline.
Het voordeel van een grotere wieldiameter is dat deze automatisch een groter contactoppervlak hebben met de ondergrond. Met een 29″ wiel heb je dus in principe meer grip dan met een 27,5″ of 26″ wiel. Door dit grotere contactoppervlak is het ook mogelijk om met minder druk in de banden te rijden.
Breedte van de band
Een bredere band is dan wel zwaarder maar je kan deze met lagere bandenspanning rijden. Zo zal 2 bar bij een brede mtb band veel harder aanvoelen dan bij de band van een stadsfiets of racefiets.
Wanneer je met bredere banden over obstakels zoals wortels, stenen en rotsen rijdt gaat er minder energie naar het vervormen van de band.. Een bredere band, op lage druk, zal je dus veel meer grip geven in deze omstandigheden.
Omdat er minder energie naar het vervormen van de band gaat heb je in principe met een bredere band op lage druk, en op technischer terrein, minder rolweerstand en ga je dus sneller. Uiteraard geldt dit niet op vlak of geasfalteerd terrein.
Een bredere mountainbikeband heeft een hoger volume en vervormt zich in de breedte terwijl een smallere band eerder in de lengte zal vervormen. De vervorming in de breedte zorgt voor een groter contactoppervlak wat dus zorgt voor meer grip, controle, stabiliteit en comfort.
Velgbreedte en -type
Om de bovenstaande bredere mtb banden te kunnen monteren moet de velg natuurlijk ook een bepaalde breedte hebben. Op een bredere velg past een bredere mtb band waardoor je ook met minder bandenspanning zal kunnen fietsen.
Een brede velg vereist minder lucht en geeft meer ondersteuning aan de mtb band. Bredere velgen zijn ook steviger en zorgen ervoor dat de hielen van de band verder uit elkaar staan. Doordat de hielen verder uit elkaar staan valt de band ook breder.
Heb je dus brede velgen dan kan je ook bredere banden monteren en met een lagere bandenspanning op de mtb fietsen.
Hookless velgen
Heeft jouw mtb hookless velgen, dan kan je de bandenspanning nog wat extra verlagen. Een hookless velg heeft rechte velgranden in plaats van de traditionele haakjes (gebogen randjes) waar de band achter kan klemmen.
Door het weglaten van dit zogenaamde haakje wordt de interne velgbreedte groter terwijl de buitenbreedte nog steeds identiek is. De grotere binnenbreedte zorgt voor meer volume, een rondere band en maakt het tubeless monteren van banden veel makkelijker. Dankzij het hogere volume kan je de bandenspanning verlagen.
Constructie en kwaliteit van het karkas van de band
Naast de breedte van de band kunnen banden ook anders opgebouwd zijn. De kwaliteit van het karkas wordt ook wel TPI genoemd.
TPI staat voor de hoeveelheid dunne draden per inch (threads per inch) waaruit het karkas gemaakt is. Hoe hoger de TPI-waarde des te meer draden er gebruikt zijn en des te soepeler de band wordt.
Banden met een hoge TPI zijn niet alleen soepeler, maar ook lichter en ze hebben een lagere rolweerstand. De keerzijde is dan weer dat ze minder lekbestendig zijn.
Banden die extra verstevigd zijn en dus lekbestendiger zijn kan je met lagere druk rijden. De soepele racebanden kan je ook op (diezelfde) lage druk rijden maar je hebt dan iets meer kans op lekrijden.
Tubeless of niet?
Heb je een tubeless setup dan kan je de bandenspanning op je mtb wederom drastisch verlagen in vergelijking met een setup met binnenbanden. Met tubeless banden is de kans op lekrijden veel lager en kan je die vervelende stootlekken ook gewoon vaarwel zeggen. Met binnenbanden moet je toch altijd een bepaalde veiligheidsmarges inbouwen zodat je niet bij het minste obstakel lek rijdt.
De meest voorkomende lekken zijn uiteraard stootlekken, ook wel snakebites genaamd. Deze worden veroorzaakt door het in contact komen met een obstakel waarbij de binnenband gekneld wordt tussen de buitenband en de velg. Het gevolg daarvan is twee gaatjes en werk voor de boeg.
Om dergelijke stootlekken te voorkomen is het verstanding om met een hogere bandenspanning te fietsen. Hierdoor boet je, op technischer terrein, wel in op grip en comfort.
Een doorn, nagel of scherpe steen in je band kan uiteraard ook voor een lekke binnenband zorgen. Dat is dan gewoon brute pech. Maar ook daar is tubelss rijden ook weer dé oplossing voor.
Rijd je toch lek met je tubeless banden dan zal de tubeless sealant de kleine lekken met plezier voor je dichten. Je zal er in de meeste gevallen zelfs niet van merken tijdens het mountainbiken.
Met tubeless banden heb je dus zowel het voordeel van meer grip, comfort en controle door een lagere bandenspanning als ook het voordeel van minder kans op lekrijden.
Ga je meestal ook echt mountainbiken en schuw je het technischere werk niet dan is een tubeless setup quasi een must. Dankzij de lagere bandenspanning zal je met meer grip, comfort en vertrouwen over de technische trails knallen…. En uiteraard ook minder vaak/snel aan de kant staan met pech.
Rijstijl en eigen voorkeur
De juiste mtb bandenspanning is ook afhankelijk van jouw rijstijl en persoonlijke voorkeur. Wil je vooral snel zijn en de minste rolweerstand hebben dan is een iets hogere druk de betere keuze. Kan het anderzijds niet technisch genoeg zijn dan wil je misschien wel wat extra grip, stabiliteit en comfort en kies je voor een lagere bandenspanning.
Rijd je voornamelijk een combinatie van alle soorten terrein dan moet je een gulden middenweg vinden tussen grip en rolweerstand. Om zo de perfecte bandenspanning te vinden, eveneens rekening houdend met de andere factoren, zal je met verschillenden bandenspanningen moeten gaan testen. Op die manier kom je pas echt te weten welke mtb bandenspanning jij het lekkerst fietsen vindt.
Heb je éénmaal, voor jezelf, de sweet spot gevonden, dan kan je deze basiswaarden nog verder finetunen of aanpassen rekening houdend met het terrein, de ondergrond, techniciteit van de rit en de weersomstandigheden.
Wanneer mtb bandenspanning meten en controleren
Het is verstandig, en tevens een kleine moeite, om voor elke rit snel even de bandenspanning te controleren. Zo voorkom je dat je banden te plat of te hard staan voor de rit die je gaat doen.
Hoe kan je bandenspanning van je mtb banden meten?
De bandenspanning meten en controleren kan je met je gewone fietspomp. Daarnaast kan je ook een elektrische fietspomp of zelfs een speciale bandenspanningsmeter gebruiken. Die laatste meet in enkele seconden de bandenspanning en is zeker en vast de snelste manier om te bandenspanning te controleren.
Welk middel je ook gebruikt, een digitaal model is altijd nauwkeuriger. Met een digitale fietspomp kan je ook erg nauwkeurig je banden op de gewenste druk zetten, vaak tot op 0,01 bar nauwkeurig.
Waarom is bandenspanning op de mtb belangrijk?
Voor mountainbikers is de bandenspanning erg belangrijk gezien deze veel invloed heeft op de grip, het comfort, de stabiliteit en de algemene prestaties tijdens het mountainbiken. De juiste of perfecte bandenspanning bestaat niet want deze is afhankelijk van verschillende factoren en eveneens erg persoonlijk.
Op echt mountainbike terrein heeft fietsen met een lagere bandenspanning uiteraard wel vele voordelen. Zo zal je meer grip creëren en ook comfortabeler over obstakels kunnen rijden. De band zal zich vormen rond de obstakels waardoor je deze minder hard zal voelen of zal absorberen met je lichaam. Uiteraard helpt de vering van de mountainbike hier ook een aardig handje bij.
Ga je met te hard opgepompte mtb banden op uitdagend terrein mountainbiken dan zal je je dat snel beklagen. Zo zal de mtb bij de minste obstakels alle kanten op stuiteren en zal je niet heel erg veel grip hebben aangezien de band minder vervormt en dus minder contact maakt met de ondergrond en obstakels.
Met tubeless banden kan je de bandenspanning nog extra verlagen waardoor je nog meer grip zal hebben op uitdagend en offroad terrein.
Mijn bandenspanning op de mtb
Dat de bandenspanning vrij persoonlijk is, voor iedereen anders is en afhankelijk is van diverse factoren is ondertussen wel duidelijk. Onderstaand wil ik je toch nog een blik geven in de setup en mtb bandenspanning waarmee ik fiets. Heb je soortgelijke specificaties dan kan je er misschien wat inspiratie uit halen…
De belangrijkste factoren die de mtb bandenspanning bepalen zien er bij mij als volgt uit.
- Gewicht: 72kg (75 à 78 kg met alle uitrusting, afhankelijk van korte/lange ritten)
- Rijstijl: crosscountry (marathon)
- Wiel diameter: 29 inch
- Breedte voorband: 2,4″ (Schwalbe Wicked Will Addix Super Ground Speedgrip)
- Breedte achterband: 2,35″ (Schwalbe Racing Ralph Addix Super Ground Speed)
- Velgbreedte: 30 mm
- Type velg: hookless (rechte velgrand)
Ik gebruik altijd twee verschillende banden. Vooraan prefereer ik een band met meer grip terwijl ik achteraan altijd kies voor een iets beter rollende band. Het verschil in bandbreedte is enkel te wijten aan het feit dat de Wicked Will niet in 2,35″ breedte te verkrijgen is.
Voor echte mountainbike ritten met veel offroad fiets ik vooraan met 1,3 bar en achteraan met 1,45 bar. Zitten er veel verbindingsstukken of vlakke gravelpaden in de rit dan doe ik er een beetje extra lucht in, zeker achteraan. Voor extra trainingsritjes op de weg zet ik de banden sowieso wel wat harder tot om en bij de 1,5 bar vooraan en 1,7 bar achteraan.
Laatstgenoemde was ongeveer de standaard druk waarmee ik op de hardtail, met smallere velgen (25 mm) en dito banden (2,25″) in het bos reed.
Dankzij de bredere banden op mijn fully heb ik de bandenspanning nog verder kunnen laten zakken. De combinatie van de bredere banden, tubeless set-up en lagere druk zorgen voor héél veel grip, meer vertrouwen op technischer terrein en algemeen een comfortabeler gevoel op de mountainbike, ook tijdens lange ritten en marathons.
Conclusie; welke bandenspanning op de mtb is de beste?
De juiste of beste bandenspanning op de mtb is afhankelijk van diverse factoren en erg persoonsgebonden. Tenzij je hele setup, gewicht en rijstijl identiek is aan die van je fietsmakker dan kan je dezelfde bandenspanning hanteren. Toch kan het zelfs in dat geval niet helemaal “juist” aanvoelen.
Doe dus vooral je eigen ding en ga op zoek naar de bandenspanning die voor jou het leukst en lekkerst fietst. Op basis van de verschillende factoren, die je in dit artikel kon ontdekken, kan je de bandenspanning verder optimaliseren en finetunen. Na verloop van tijd weet je perfect welke bandenspanning je voor elke soort of type rit nodig hebt.
Check of controleer dus zeker voor elke rit de bandenspanning en pas aan waar nodig. Een kleine aanpassing kan soms een wereld van verschil maken. Heb je onderweg toch het gevoel dat het niet helemaal goed zit dan kan je wat lucht uit de banden laten of wat extra lucht toevoegen met een pompje.
Ga je echt stevig mountainbiken dan raden we toch aan om de bandenspanning serieus te nemen en met een zo laag mogelijke druk te rijden. Zo krijg je meer grip, stabiliteit en vertrouwen op technisch of moeilijker terrein en zal obstakels nemen veel comfortabeler aanvoelen.
Pomp jij stiekem toch nog wat teveel lucht in de banden of heb jij de sweet spot ook al gevonden? Laat het ons zeker weten in een reactie onderaan de pagina.